Hadith

Hadith an-Nawawi 34

Ik heb de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) horen zeggen: “Wie van jullie iets verwerpelijks ziet, laat hem dat met zijn handen veranderen. Indien hij daartoe niet in staat is, dan met zijn tong. Indien hij daartoe niet in staat is, dan met zijn hart. En dat is de zwakste vorm van het geloof.”

[Hadith an-Nawawi nummer 34, Sahieh Muslim]

Gezegd door: Aboe Sa’ied al-Khoedrie (radiAllahoe ‘anhu)

Wil je toch liever het boek “Uitleg 40 Hadith an-Nawawi” bestellen? Klik hier om naar onze shop te gaan.

Hadith an-Nawawi 33

De Profeet (vrede zij met hem) zei: “Als de mensen datgene zouden krijgen, waar ze beweren recht op te hebben, dan zouden mensen de bezittingen en het bloed van anderen opeisen, maar de bewijslast rust op de aanklager en de eed dient door de ontkenner te worden afgelegd.”

[Hadith an-Nawawi nummer 33, al-Bayhaqie en anderen in deze vorm. Gedeeltelijk terug te vinden in Sahieh Al Boekharie & Sahieh Muslim]

Gezegd door: Ibn ‘Abbaas (radiAllahoe ‘anhu)

Wil je toch liever het boek “Uitleg 40 Hadith an-Nawawi” bestellen? Klik hier om naar onze shop te gaan.

Hadith an-Nawawi 32

De Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) heeft gezegd: “Berokken geen onopzettelijke schade en geen opzettelijke schade.”

[Hadith an-Nawawi nummer 32, ibn Maadjah, ad-Daraqoetni & anderen]

Gezegd door: Aboe Sa’ied Sa’d ibnoe Maalik ibnoe Sinaan al-Khoedrie (radiAllahoe ‘anhu)

Hadith an-Nawawi 31

Er kwam een man naar de Profeet (vrede zij met hem) en zei: “O Boodschapper van Allah, wijs mij op een daad die wanneer ik deze verricht, (ervoor zal zorgen dat) Allah van mij zal houden en de mensen van mij zullen houden.” Hij (de Profeet) antwoordde: “Leef een ascetisch leven en Allah zal van jou houden en onthoud je van wat de mensen bezitten en de mensen zullen van jou houden.”

[Hadith an-Nawawi nummer 31, ibn Maadjah]

Gezegd door: Aboel ‘Abbaas Sahl ibnoe Sa’d as-Saa’idie (radiAllahoe ‘anhu)

Hadith an-Nawawi 30

De Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) zei: “Waarlijk, Allah heeft religieuze plichten opgelegd, verwaarloos deze dan niet. En Hij heeft grenzen vastgelegd, overschrijdt deze dan niet. En Hij heeft bepaalde zaken verboden verklaard, schendt deze dan niet. En Hij heeft over bepaalde zaken gezwegen uit genade voor jullie en niet uit vergeetachtigheid, zoekt deze dan niet op.”

[Hadith an-Nawawi nummer 30, ad-Daraqoetni & anderen]

Gezegd door: Aboe Tha’labah al-Khoeshanie Djoerthoem ibn Naashir (radiAllahoe ‘anhu)

Hadith an-Nawawi 29

Ik vroeg: “O Boodschapper van Allah, vertel mij over een daad die mij het Paradijs doet binnentreden en die mij weghoudt van het Hellevuur.” Hij (de Profeet vrede zij met hem) zei: “Waarlijk, je hebt over iets groots gevraagd dat gemakkelijk is (te realiseren) voor degene voor wie Allah, de Verhevene, dit gemakkelijk heeft gemaakt: Je dient Allah te aanbidden zonder Hem deelgenoten toe te kennen, het gebed te onderhouden, de Zakaah (armenbelasting) te betalen, (de maand) Ramadan te vasten en Hadj (de bedevaart) te verrichten.”
Vervolgens zei hij (vrede zij met hem): “Zal ik jou de deuren naar het goede aanwijzen ? Het vasten is een schild, (het geven van) liefdadigheid blust de zonden zoals water het vuur uitdooft en het gebed van een man in de holst van de nacht.”
Hierna reciteerde hij (vrede zij met hem):

“Hun zijden mijden de slaapplaatsen, zij roepen hun Heer aan, vrezend en hopend. En zij geven uit van datgene waar Wij hun mee voorzagen. En geen ziel weet welke verkoeling van de ogen voor hen verborgen wordt gehouden, als beloning voor wat zij plachten te doen.”
[Soerat as-Sadjdah: 16-17]

Vervolgens zei hij (vrede zij met hem): “Zal ik jou vertellen over de hoofdzaak, de zuil en het hoogtepunt hiervan ?” Ik zei: “Jazeker, O Boodschapper van Allah.” Hij zei: “De hoofdzaak is de Islam en de zuil dervan is het gebed en het hoogtepunt hiervan is de Djihaad.”
Verder zei hij (vrede zij met hem): “Zal ik jou vertellen hoe jij dit allemaal kunt beheersen?” Ik zei: “Jazeker, O Boodschapper van Allah.” Hij pakte zijn tong beet en zei: “Beheers deze.” Ik vroeg: “O Profeet van Allah, worden wij dan verantwoordelijk gehouden voor datgene wat wij uitspreken ?” Hij (vrede zij met hem) zei: “Had jou moeder jou maar verloren! Waardoor zouden de mensen anders op hun gezichten – of hij zei – op hun neuzen in het Hellevuur worden geworpen dan door de oogsten van hun tongen?”

[Hadith an-Nawawi nummer 29, (hasan verklaard door) at-Tirmidhi]

Gezegd door: Moe’aadh ibnoe Djabal (radiAllahoe ‘anhu)

Hadith an-Nawawi 28

De Profeet (vrede zij met hem) heeft ons een preek gegeven waarvan de harten sidderden en de tranen plengden. Toen zeiden wij (de metgezellen): “O Profeet, het lijkt meer op een preek van iemand die afscheid neemt. Beveel ons daarom (iets) aan.” Hij zei: “Ik beveel jullie aan om godsvrucht (Taqwah) voor Allah te hebben, gehoor te geven en te gehoorzamen, zelfs al heeft een slaaf leiding over jullie. Waarlijk, wie van jullie nog leeft, zal veel verschillen zien. Houdt jullie daarom vast aan mijn Soennah en de soennah van de rechtgeleide kaliefen. Bijt erin vast met de (achterste) kiezen en kijkt uit voor nieuwigheden. Waarlijk elke (religieuze) innovatie is afdwaling.”

[Hadith an-Nawawi nummer 28, Aboe Dawoed & (hasan verklaard door) at-Tirmidhi]

Gezegd door: Aboe Nadjieh al-‘Irbaad ibn Saariyah (radiAllahoe ‘anhu)

Hadith an-Nawawi 27

De Profeet (vrede zij met hem) heeft gezegd: “Goedheid is het goede gedrag en de zonde is datgene wat onrust in jezelf opwekt en waar jij niet van houdt dat anderen ervan op de hoogte komen.”

[Hadith an-Nawawi nummer 27, Sahieh Muslim]

Gezegd door: an-Nawwaas ibn Sam’aan (radiAllahoe ‘anhu)

Hadith an-Nawawi 26

De Profeet (vrede zij met hem) heeft gezegd: “Elke ledemaat van de mens moet elke dag dat de zon opkomt liefdadigheid verrichten: het brengen van rechtvaardigheid tussen twee mensen is liefdadigheid, een man helpen met zijn rijdier, hem erop helpen of voor hem zijn bagage erop laden is liefdadigheid, en elke stap die je neemt (naar de moskee) om het gebed te verrichten is liefdadigheid. En iets schadelijks van de weg verwijderen is liefdadigheid.”

[Hadith an-Nawawi nummer 26, Sahieh al Boekharie & Sahieh Muslim]

Gezegd door: Aboe Hoerayrah (radiAllahoe ‘anhu)

Hadith an-Nawawi 25

Een aantal mensen van de metgezellen van de Boodschapper van Allah zeiden tegen de Profeet (vrede zij met hem): “O Boodschapper van Allah (vrede zij met hem), de vermogende mensen zijn er met de beloningen vandoor gegaan. Zij bidden zoals wij biddenm zij vasten zoals wij vasten en geven liefdadigheid uit van hun overtollige bezit.” Hij (de Profeet vrede zij met hem) zei: “Heeft Allah jullie niet in staat gesteld liefdadigheid te geven? Waarlijk, elke Tasbiehah is liefdadigheid. Elke Takbierah is liefdadigheid. Elke Tahmiedah is liefdadigheid. Elke Tahlielah is liefdadigheid. Het aansporen tot het goede is liefdadigheid. Het weerhouden van het verwerpelijke is liefdadigheid. En de geslachtsdaad van eenieder van jullie (in een huwelijk) is liefdadigheid.”
Zij vroegen: “O Boodschapper van Allah (vrede zij met hem), iemand van ons bevredigt zijn seksuele begeerten en nog komt hem daarvoor beloning toe?” Hij zei: “Wat denken jullie als hij het op verboden wijze zou hebben gedaan: zou hem dan geen bestraffing toekomen? Zo ook komt hem een beloning toe als hij het op de toegestane wijze doet.

[Hadith an-Nawawi nummer 25, Sahieh Muslim]

Gezegd door: Aboe Dharr (radiAllahoe ‘anhu)