“Ik zag de Profeet (vrede zij met hem) terwijl hij bij enkele van zijn metgezellen was. Ik draaide op deze manier achter hem, maar hij wist wat ik wilde (zegel van de profeetschap zien). Hij ontdeed zijn rug van zijn kledingstuk en ik zag de plaats van het zegel op zijn schouders dat leek op een gesloten handpalm waar omheen twee zwarte punten waren zoals wratten. Vervolgens keerde ik terug tot ik tegenover hem stond en ik zei: ‘Moge Allah je vergeven, o Boodschapper van Allah’ En Hij zei: ‘Jou ook.’ De meisen zeiden: ‘De Profeet (vrede zij met hem) heeft vergiffenis gevraagd voor jou! de Profeet (vrede zij met hem) zei toen: ‘Zeker, en voor jullie ook.’ Vervolgens reciteerde de Profeet (vrede zij met hem) dit vers: (… en vraag vergeving voor jouw zonden en voor (de zonden van) de gelovige mannen en de gelovige vrouwen…) Surat Mohammed aya 19”
[Sahieh Muslim, Ahmed & Ibn Sa’d]
Gezegd door: ‘Abdullah Ibn Sajis (radhiAllahu ‘anhu))